Magnum One/Magnum One (Mid-American Digital) (Disc Manufacturing).iso/d20/duchie.arc/291USDOC.EXE/pak/DCM291C.ASC

Text File | 1990-06-14 | 50KB | 1,277 lines

                  Dutchie Conference Manager V:2.91c
                             HANDLEIDING

                                 Door
                          Hanno van der Maas
                 SysOp of FidoNet(tm) node 2:500/500

          Copyright (c) 1988, 1989, 1990, J.J. van der Maas

                          Ranonkelstraat 38
                        3261 BV Oud-Beijerland
                               HOLLAND

                         ALL RIGHTS RESERVED





                              I N H O U D


     1.  I N T R O D U C T I E...................................1
    1.1.  Doel..................................................1
    1.2.  Dutchie Personal Mailer Pakket........................1
     2.  I N S T A L L A T I E...................................2
    2.1.  Dutchie Configuratie Bestand..........................2
    2.2.  Dutchie Conferentie Bestand...........................2
    2.2.1 Node karakteristieken.................................4
    2.3.  Compressie en archivering.............................5
    2.4.  Updaten van ouder versies.............................6
    2.5.  Dump ConfMail.........................................6
     3.  I M P O R T.............................................7
    3.1.  Doel..................................................7
    3.2.  Gebruik...............................................7
    3.3.  PATH controle.........................................8
    3.4.  SEEN-BY controle......................................8
     4.  E X P O R T.............................................9
    4.1.  Doel..................................................9
    4.2.  Gebruik...............................................9
    4.3.  HighWater wijzer uitgelegd............................9
    4.4.  Force Re-Export......................................10
    4.5.  Prive Antwoorden.....................................10
     5.  H E R N U M M E R E N..................................11
    5.1.  Doel.................................................11
    5.2.  Beschrijving.........................................11
    5.3.  Gebruik..............................................11
     6.  A N T W O O R D E N R E E K S E N......................13
    6.1.  Doel.................................................13
    6.2.  Gebruik..............................................13
     7.  J O I N  &  D I S J O I N..............................14
    7.1.  Doel.................................................14
    7.2.  Installatie..........................................14
    7.3.  Join Controle........................................15
    7.4.  Aanvrager............................................16
     8.  C O M M A N D O R E G E L  O P T I E S.................17
    8.1.  Kommentaar...........................................17
    8.2.  Opties...............................................17
     9.  B A D  B E R I C H T E N...............................20
    9.1.  Wat is BAD?..........................................20
    9.2.  Beveiligingsovertreding..............................20
    9.3.  PATH fout............................................20
    9.4.  Duplikaten controle..................................20
     10.  S P L I T  P A K K E T T E N..........................21
    10.1.  Doel................................................21
    10.2.  Installatie.........................................21
    10.3.  Interne werking.....................................21
     11.  O V E R Z I C H T  G E N E R E R E N..................22
    11.1.  Doel................................................22
    11.2.  Installatie.........................................22
     12.  F I D O  O N D E R S T E U N I N G....................23
    12.1.  Doel................................................23
    12.2.  Installatie.........................................23
    12.3.  Gebruik.............................................24
     13.  T E C H N I S C H E  G E G E V E N S .................25
    13.1.  Origin- en Tearline.................................25
    13.2.  SEEN-BY en PATH regels..............................25
    13.3.  DCM Fout Codes......................................26

1. I N T R O D U C T I E
───────────────────────────────────────────────────────────────────

1.1. Doel

    DCM, de afkorting voor Dutchie's Conference Manager, is
    ontwikkeld om als vervanging te dienen voor ConfMail,
    geschreven door Bob Hartman (Copyright by Spark Software).
    Het doel van DCM als geintegreerd onderdeel in de Dutchie
    Personal Mailer(tm) is om het leven voor de gebruiker en/of
    SysOp te vergemakkelijken. Daar we steeds dichter bij een
    volledige integratie van alle programma's van het Dutchie
    pakket komen, kunnen we ook steeds beter inspelen op en
    voldoen aan de wensen van de eindgebruiker. De feed-back van
    de eindgebruiker wordt altijd meegenomen in het
    ontwikkelings proces van het hele Dutchie pakket.

    De aanpak van DCM is iets anders dan die van ConfMail.
    Tijdens een import van conferentie berichten worden
    tegelijkertijd berichten doorgestuurd naar alle andere
    deelnemers aan de conferentie. Hierdoor hoeft DCM maar een
    keer opgestart te worden om inkomende conferentie berichten
    te verwerken, in plaats van twee keer.


1.2. Dutchie Personal Mailer Pakket

    DCM zou eigenlijk alleen gebruikt moeten worden in
    combinatie met de beste Personal Mailer(tm), namelijk
    DUTCHIE. DCM komt uit het zelfde nest, waar ook al die
    andere fantastische producten hun oorspong hebben gevonden.
    Het Dutchie Personal Mailer(tm) pakket is de meest complete
    Mailer die op het moment verkrijgbaar is. Het pakket bestaat
    uit de volgende onderdelen:

    - Dutchie     De Personal Mailer(tm) zelf.
    - DutchEd     De Personal Message Editor(tm).
    - PackerDe meest krachtige Router en berichten bundelaar
         ooit gebouwd.
    - SchedDe meest veelzijdige planner. Hij stelt u in staat
         alles te plannen, wanneer u maar wilt.
    - DutchLatFidoNet(tm) compatible nodelijst vertaler. Het
         programma is zo gemakkelijk in gebruik, dat u niet eens
         een handleiding nodig heeft.
    - DutchComDutchie's - meest complete - nodelijst compiler.
    - DutMainDutchie's zeer gebruikersvriendelijke nodelijst
         onderhoud programma.
    - XMITBericht, bestand en aanvraag utility,
    - REQkrachtiger dan u ooit heeft kunnen dromen.
    - MSGBruikbaar, zowel handmatig als in batch bestanden.
    - DutZMDMDe enige ZModem implementatie in een mailer die
         compleet betrouwbaar is in gebruik.
    - DCMDutchie's Conference Manager(tm)



      2. I N S T A L L A T I E
───────────────────────────────────────────────────────────────────

2.1. Dutchie Configuratie bestand

    DCM gebruikt het Dutchie configuratie bestand en een
    speciaal bestand dat DUTCHIE.ARE heet, welke het ConfMail
    AREAS.BBS bestand compleet vervangt. DCM zoekt uw Dutchie
    configuratie bestand af voor de volgende gegevens:

    Directory Mail Directory waar uw e-post berichten staan.
    Directory FilesDirectory waar uw ingekomen bestanden staan.
    Directory EchoMailDirectory voor uitgaande conferentie
    berichten.
    Key Is          Serienummer.
    Aka               Uw Aka adressen.
    System Is      Systeem type.
    System Name     Uw systeem naam. Deze naam wordt gebruikt in de
         origin regel van berichten die op uw systeem ingevoerd
         worden.
    System UsernameVoor persoonlijke berichten van DCM.
    Point Zone     |
    Point Net          |
    Point Node     | Afhankelijk van het
    Boss Zone          | systeem type.
    Boss Net          |
    Boss Node          |
    Log Filename     Naam van uw log bestand.
    Log Level          Log niveau dat gebruikt moet worden.
    Flag Kill_Null     Verwijder berichten zonder inhoud.

    Als u DCM wilt gebruiken voor een niet-Dutchie systeem dan
    dient u tenminste al de bovengenoemde commando's in uw
    configuratie bestand op te nemen.


2.2. Dutchie Conferentie Bestand

    De conferenties waar aan u deelneemt worden in uw
    DUTCHIE.ARE bestand geplaatst.
    Regels in dit bestand die met een punt-komma beginnen,
    worden als kommentaar beschouwd.
    De regels in dit bestand die met een liggend streepje
    beginnen, worden als commandoregels gezien.
    De Dutchie Personal Message Editor(tm) (DUTCHED) gebruikt
    dit bestand ook. Het formaat van de regels in dit bestand is
    als volgt:

    <path> <beschrijving> <vlaggen> <naam> <deelnemerslijst>

    Het <path> geeft de directory aan waar de berichten van deze
    conferentie geplaatst moeten worden. Conferenties mogen als
    PassThru worden aangemerkt, hetgeen inhoudt dat berichten in
    zo'n conferentie nooit op uw systeem worden bewaard, maar
    slechts passeren om doorgestuurd te worden naar de andere
    deelnemers. U kunt een conferentie PassThru maken door in
    plaats van een directory omschrijving het woord PASSTHRU in
    te vullen.
    <Beschrijving> is een beschrijving van de conferentie. Deze
    beschrijving kunt u onder andere terug vinden in de
    conferentie index in de Berichten Editor. Gebruik
    underscores (_) in plaats van spaties in de beschrijving.

    De <vlaggen> mogen geen spaties bevatten. DCM ondersteunt de
    volgende vlaggen:

    - E       Dit is een conferentie
    - K<:n>   Verwijder berichten ouder dan n dagen
              Default is 30 dagen
    - M<:n>Deze conferentie mag maximaal n berichten bevatten.
              Default is 100 berichten
    - R       Hernummeren is gewenst
    - O       Verwijder ontvangen berichten
    - P     Maak berichten bij default prive in dit gebied.
    - L<:n>   Beveiligingsniveau, default is 0
    - S<:n>   Slot voor deze conferentie, default is 0
    - T     Test een niet-conferentie gebied op nieuwe berichten.

    De <naam> is de naam waaronder de conferentie algemeen
    bekend is. Er is een speciale naam, namelijk BAD_MSGS. Onder
    bepaalde omstandigheden worden berichten als BAD aangemerkt
    en in de directory van BAD_MSGS geplaatst. Als er geen
    conferentie in uw conferentie bestand voorkomt met de naam
    BAD_MSGS, dan worden berichten die als BAD waren aangemerkt
    verwijderd. Zie voor meer informatie ook het hoofdstuk over
    Bad Berichten.

    De <deelnemerslijst> bevat de nodenummers van de nodes die
    deelnemen aan de betreffende conferentie en aan wie uw
    systeem de conferentie doorgeeft. Een voorbeeld zal het
    geheel wat verduidelijken:

    --- DUTCHIE.ARE

    d:\sys500 Net_500_SysOp_Conferentie EKMR   SYS500   500/1 12
    d:\bad    Bad_Berichten_komen_hier  EK:7MR BAD_MSGS
    PASSTHRU  Fido_Beta_Test_Team       E      MEADOW   500/1 29
    d:\cecho  C_Taal_Discussies         EKM:75 C_ECHO   500/3 1

    --- EOF


    In de deelnemerslijst mogen verschillende adresformaten
    gebruikt worden. De volgende formaten zijn worden herkend:

    zone:net/node
    zone:node
    net/node
    node
    .point

    Een speciaal geval:

    @<path>

    Als u verschillende deelnemerslijsten heeft, die u
    bijvoorbeeld gebruikt voor de distributie van de
    C-Newsletter, kunt u dezelfde lijst gebruiken om de
    deelnemers aan de C-TAAL conferentie te koppelen. Uw
    deelnemerslijst voor de C-TAAL conferentie ziet er
    bijvoorbeeld als volgt uit:

    --- CNEWS.BMB

    2:500/1 Henk Wevers
    500/5   Bert Gulikers
    5.684   Theo van.Elsberg

    --- EOF

    U kan dan de C-Newsletter distribueren met behulp van het
    XMIT programma:

    XMIT c:\cnews\cnews???.arc to =CNEWS.BMB

    U gebruikt deze lijst op de volgende manier om de deelnemers
    van de C-TAAL conferentie aan te geven:

    --- DUTCHIE.ARE

    c:\c_echo C_Programmers C_ECHO EKMR 500/4 @CNEWS.BMB

    --- EOF


    2.2.1 Node karakteristieken

         De gebruiker kan aan verschillende nodenummers een
         bepaald karakteristiek hangen om zodoende per node
         complete controle te krijgen. De karakteristieken
         worden in het conferentie bestand aangegeven middels
         het commando 'Char'. Het formaat is alsvolgt:

         -Char <Node> [Crash|Hold][Split]
                      [Store|Pack|Crunch|Squash|Crush]

         De karakteristieken die op dit moment ondersteund
         worden zijn het type bericht waarmee nieuwe conferentie
         archieven verzonden worden en de compressie methode die
         in deze archieven gebruikt dient te worden.
         Bijvoorbeeld:

         -Char 500/12  Crush
         -Char 231/49  Hold Crush
         -Char 1:1/100 Hold Crunch


2.3. Compressie en archivering

    DCM v2.91 heeft een gloednieuwe uitbreiding welke
    programma's als PKARC, LHARC en dergelijke compleet
    vervangt. DCM heeft een ingebouwde archiveringsoptie welke
    archieftypes varierend van 'Store' tot en met 'Crush'
    ondersteund.

    Per node kunt u specificeren welk type compressie er
    gebruikt moet worden. Als DCM een keuze gaat maken welk
    soort compressie er gebruikt moet worden, dan gaat DCM als
    volgt te werk:

    -Als er een karakteristiek voor de node bekend is, gebruik
    dan de compressie die daar gespecificeerd is.
    -    Als er geen karakteristiek is, dan wordt gekeken of de
         globale variabele COMPRESS te vinden is en wordt het
         compressie type wat daarmee gespecificeerd wordt,
         gebruikt.
    -Als aan geen van bovenstaande voldaan wordt, dan wordt
    Crush als default genomen.

    De globale variabele COMPRESS kan een van de volgende
    waarden aannemen:

    - Store
    - Pack
    - Crunch
    - Squash
    - Crush

    Default is Crush. Crushing is een nieuwe en beter methode,
    ontwikkeld door NoGate Consulting en geimplementeerd in hun
    PAK softwarepakket. De andere methodes verzekeren u van
    backward-compatibility met andere, veelal oudere software,
    zoals PKXARC van PKWare en ARC van SEA. De 'Squeeze' methode
    wordt nagenoeg niet ondersteund.

    Als uw systeem contacten onderhoudt met andere nodes die
    PKARC gebruiken dan kunt u in uw AUTOEXEC batchbestand of in
    uw import casu quo export bestand de volgende regel opnemen:

    SET COMPRESS=squash

    of voor ARC:

    SET COMPRESS=crunch

    Als u de COMPRESS variabele niet zet, wordt bij default de
    Crush methode gebruikt. Dit minimaliseert het beslag dat op
    uw harddisk wordt gelegd.


2.4. Updaten van oudere versies

    Voor alle voorgaande versies geldt dezelfde update procedure
    en die is als volgt:

    1.Verwijder het bestand 'DCMDUPS.DAT'. Dit bestand heeft een
    nieuw formaat in vergelijking met alle voorgaande versies en
    moet opnieuw gecreeerd worden.

    2.Alle 'HW.DAT' bestanden in uw berichten directories mogen
    verwijderd worden. De highwater wijzer is verplaatst naar
    het bestand DCMDUPS.DAT voor alle conferenties

    3.Zodra u de nieuwe versie van DCM (DCM.EXE) over de oude
    versie heen heeft gecopieerd, bent u klaar om te draaien.


2.5. Dump ConfMail

    Gebruikers die ConfMail vervangen door DCM moet de volgende
    stappen nemen *alvorens* DCM te draaien!.

    Stap 1:   Doe een confmail export
    Stap 2:Run DumpConf in uw Dutchie directory. DumpConf loopt
    door al uw conferenties heen en zet alle bericht op
    Verzonden. De enige parameter die u kunt meegeven is de naam
    van uw conferentie bestand als die niet DUTCHIE.ARE is.
    Stap 3:   Verwijder ConfMail.exe.


           3. I M P O R T
───────────────────────────────────────────────────────────────────

3.1. Doel

    Uitpakken van gearchiveerde conferentie- en e-post
    berichten. Als sommige systemen, om een of andere duistere
    reden e-post berichten bij de conferentie berichten stoppen,
    zal DCM deze netjes gescheiden uitpakken en opslaan in een
    van uw conferentie directories, of uw e-post gebied.


3.2. Gebruik

    Om DCM uw ingekomen conferentie berichten te laten uitpakken
    kunt u typen:

    DCM -i

    Stel, u bent een Net-Host en de nodes in uw net pollen uw
    systeem voor nieuwe conferentie berichten, dan wilt u de
    berichten met de conferentie archieven laten ophalen door
    die nodes door de berichten op 'AfTeHalen' te zetten. Maar u
    wilt ook een veilig systeem draaien en omdat u een veilig
    systeem draait kunt u de verschillende links ook goed
    controleren, zodat dit een goede situatie is om kleine
    seen-by regels te gebruiken. Het import commando voor de
    Host zou dan kunnen zijn:

    DCM -this

    Als uw systeem berichten ontvangt die bij een conferentie
    behoren waaraan u zelf helemaal niet deelneemt, dan komen
    deze berichten in uw e-post berichten gebied terecht. Deze
    berichten kunnen alsnog geimporteerd worden als u besluit om
    toch aan de conferentie te gaan deelnemen. U kunt DCM
    instrueren om uw e-post gebied door te lopen en te kijken of
    daar conferentie berichten in staan. Als DCM zulke berichten
    tegenkomt, dan worden deze geimporteerd. Als DCM een
    zogenaamd JOIN bericht tegenkomt, dan wordt automatisch de
    conferentie waar het JOIN bericht betrekking op heeft
    geinstalleerd, maar hierover later meer. De commandoregel
    zou er alsvolgt uit kunnen zien:

    DCM -iM


3.3. PATH controle

    Als uw systeem een conferentie doorstuurt naar andere nodes,
    dan zijn de berichten die in die conferentie op uw systeem
    opgeslagen worden, exacte copieen van de berichten die
    doorgestuurd zijn naar de nodes waarnaar u de conferentie
    doorstuurt.
    DCM controleert de PATH en SEEN-BY regels op
    onvolkomenheden. Als het verwerkende systeem al in het PATH
    staat, dan is het bericht dus al verwerkt door dat systeem
    en dus is het bericht een duplikaat van een eerder verwerkt
    bericht. Het bericht wordt in het BAD_MSGS gebied gezet als
    dat bestaat. Het logbestand zal deze PATH fouten ook
    reflecteren en zal tevens melden waar de link fout gaat.


3.4. SEEN-BY controle

    Als een van de nodes waarnaar het verwerkende systeem
    conferenties doorstuurt al in de SEEN-BY regel voorkomt, dan
    wordt het betreffende bericht gewoon verwerkt, maar een
    'Mogelijk incorrecte link met <node>'-fout zal in het
    logbestand geplaatst worden. De beste reactie bij
    constatering van deze fouten is om contact op te nemen met
    de desbetreffende node om uit te zoeken met welke andere
    nodes dat systeem nog meer contact heeft om zo de fout op te
    sporen.


           4. E X P O R T
───────────────────────────────────────────────────────────────────

4.1. Doel

    Exporteren van lokaal ingevoerde berichten naar nodes in de
    deelnemerslijst in uw conferentie bestand voor de
    betreffende conferenties.


4.2. Gebruik

    Met een simpel commando kunt u DCM opdracht geven lokaal
    ingevoerde berichten te exporteren:

    DCM -e

    Als u het bestand MIJN.ARE wilt gebruiken als conferentie
    bestand, in plaats van de default DUTCHIE.ARE, kunt u typen:

    DCM -eAmijn.are

    Als een lokaal ingevoerd bericht geexporteerd wordt, dan
    worden eerst een zogenaamde tearline en originline aan de
    voet van het bericht toegevoegd. De originline bevat de naam
    van uw systeem en uw nodenummer. Een combinatie van beide
    regels zou kunnen luiden:

    --- Dutchie v2.91c
    * Origin: Dutchie's Home Base (2:500/1)

    Als DCM ziet dat een bericht dat geexporteerd moet worden al
    een tear- en originline heeft, dan zal DCM er niet nog een
    aan toevoegen.
    Geexporteerde berichten worden op "Verzonden" gezet, zodat
    deze niet opnieuw verzonden kunnen worden als de highwater
    wijzer verdwenen is. Zie de force re-export functie voor een
    uitzondering


4.3. HighWater wijzer uitgelegd

    Het enige doel dat de HW heeft is de snelheid tijdens het
    exporteren te verhogen. Tijdens het exporteren van lokaal
    ingevoerde bericht loopt DCM door de berichten in een
    conferentie heen, zoekend naar nog-niet-geexporteerde
    berichten. Maar als u 100 zeer drukke conferenties heeft met
    wel 200 berichten erin, dan kan dat behoorlijk lang gaan
    duren voordat al die berichten gecontroleerd zijn. Daarom
    gebruikt DCM de HW wijzer om te wijzen naar het bericht dat
    het laatst geexporteerd is. Bij de volgende export kijkt DCM
    eerst naar de wijzer en beslist aan de hand daarvan of er
    nieuwe berichten geexporteerd moeten worden.

4.4. Force Re-Export

    Soms wil een systeem, dat net aan een conferentie is
    gekoppeld, graag oude berichten ontvangen. DCM kan dit voor
    u doen in slechts 2 stappen. We nemen de conferentie
    WINDMILL als voorbeeld:

    1.   Zet de HighWater wijzer op 0 met:

    DCM -S0 WINDMILL

    2.   Exporteer de oude berichten naar de node die net aan de
         conferentie is gekoppeld met:

    DCM -eF

    En dat is alles. Als u bijvoorbeeld oude berichten wilt
    sturen, beginnend bij het tiende bericht, dan hoeft u
    slechts de -S0 te vervangen door -S10.

    Deze methode werkt prima tussen nodes onderling, maar werkt
    om technische redenen niet tussen Boss en Points. In dit
    geval zullen namelijk alle Points de oude berichten krijgen.


4.5. Prive Antwoorden

    Prive antwoorden op berichten in conferenties worden via de
    e-post verzonden. U kunt dit uitzetten middels de -p optie.
    Prive antwoorden op berichten die op het zelfde systeem
    waren ingevoerd worden NIET verzonden. Correcte adressering
    kan alleen plaats vinden als het betreffende bericht ook
    geimporteerd is met DCM versie 2.91c. Nadat u deze versie
    geinstalleerd heeft zal het dus enkele dagen duren voordat
    alle conferentie berichten die geimporteerd waren door de
    oude versie, verwijderd zijn.


      5. H E R N U M M E R E N
───────────────────────────────────────────────────────────────────

5.1. Doel

    Hernummeren van zowel conferentie- als e-post berichten.
    Additioneel berichtenonderhoud kan tegelijkertijd gedaan
    worden.


5.2. Beschrijving

    Allereerst worden berichten die ouder zijn dan een bepaalde
    datum, verwijderd. Ten tweede worden, als dat gewenst is,
    ontvangen berichten verwijderd. Vervolgens wordt het
    berichten bestand teruggebracht naar een maximum aantal
    berichten door de oudste bericht te verwijderen. Zie ook de
    beschrijving van het vlaggen veld in het Installatie
    hoofdstuk.
    Tenslotte worden de overige berichten gesorteerd op
    berichtnummer, hernummerd en de antwoorden reeksen vertaald.
    Nu is het berichten bestand bijgewerkt.
    Het vertalen van de antwoorden reeksen is gebaseerd op de
    onderwerpen van de berichten. Berichten worden aan elkaar
    gekoppeld aan de hand van hun creatie datum. Alle 'Re:'
    voorlopers in de onderwerpen worden genegeerd.
    Alvorens door te gaan naar het volgende gebied, worden de HW
    en de LASTREAD wijzers bijgewerkt.

    Additioneel wordt bij Boss en Mailer systemen nog
    gecontroleerd of het informatie bestand gewijzigd is, meer
    hierover in het hoofdstuk: Join en Disjoin. Als dit het
    geval is, dan wordt een update bericht naar alle deelnemers
    van de betreffende conferentie gestuurd.


5.3. Gebruik

    DCM -r

    Hernummert alle gebieden in uw conferentie bestand die een
    'R' hebben in hun vlaggenveld. Alle andere gebieden worden
    overgeslagen.

    DCM -mR


    Hernummert slechts uw e-post gebied en doet verder niets. De
    parameter achter het -m commando kan dezelfde vlaggen
    krijgen als gespecificeerd kunnen worden in het vlaggenveld
    in uw conferentie bestand. Dus is het volgende ook mogelijk:

    DCM -mKOR

    Hier worden oude en ontvangen berichten in uw e-post gebied
    verwijderd en vervolgens hernummerd.

    DCM -rmR

    Zal zowel uw e-post gebied als al uw andere gebieden
    hernummeren.


6. A N T W O O R D E N R E E K S E N
───────────────────────────────────────────────────────────────────

6.1. Doel

    DCM bezit een zeer krachtige antwoordenreeksen vertaler.
    Deze vertaler zal eerst al uw berichten in een bepaalde
    conferentie sorteren op datum en dan alle berichten met
    hetzelfde onderwerp in chronologische volgorde aan elkaar
    knopen.


6.2. Gebruik

    Als u nieuwe conferentie berichten dagelijks importeert,
    zult u ongetwijfeld een batchbestand hebben dat dit voor u
    regelt. Het DCM commando zou kunnen zijn:

    DCM -ix

    welke eerst alle ingekomen conferentie archieven uitpakt en
    eventueel doorstuurt naar de nodes in de deelnemerslijsten
    en tenslotte de antwoordenreeksen vertaald in die
    conferenties waar ook nieuwe berichten in zijn
    binnengekomen.

    U mag de conferenties waarin u de vertaling wilt laten
    plaats vinden ook bij naam specificeren in een eenvoudig
    ASCII bestand. Stel dat u andere software heeft die
    conferenties bewerkt en in staat is de namen van de
    conferenties in een ASCII bestand te zetten, dan kunt u de
    volgende optie gebruiken:

    DCM -Xconfs.txt

    welke de antwoordenreeksen in alle conferenties die genoemd
    worden in het bestand CONFS.TXT vertaalt.


    7. J O I N  &  D I S J O I N
───────────────────────────────────────────────────────────────────

7.1. Doel

    De JOIN en DISJOIN functies in DCM stellen u in staat een
    service te bieden waarmee andere systemen automatisch
    conferenties kunnen aan- en afkoppelen.
    Deze services bieden complete controle voor de SysOp middels
    beveiligingsniveaus en sloten, zodat niemand aan een
    conferentie kan koppelen zonder de toestemming van de SysOp.
    De Join functie is uitermate geavanceerd. Nadat een node
    kenbaar heeft gemaakt zich aan een conferentie te willen
    koppelen, wordt een installatie bericht gemaakt waarmee DCM
    op het systeem van de aanvrager automatisch de conferentie
    installeert.


7.2. Installatie

    Als u uw systeem deze services wilt laten bieden, hoeft u
    slechts het bestand DUTCHIE.SRV te creeren, uitgaande van
    een configuratie bestand DUTCHIE.CFG. Als u al services
    biedt, dan kunt u de gegevens betreffende JOIN en DISJOIN
    gewoon aan uw bestand toevoegen.
    De regels die u in uw service bestand moet opnemen zijn:

    JOIN      [<niveau>] [<slot>]
    JOIN
    DISJOIN   [<niveau>] [<slot>]
    DISJOIN

    De eerste JOIN/DISJOIN specificeert de naam van de service.
    In ons geval JOIN en DISJOIN. De servicenamen mogen
    optioneel gevolgd worden door een niveau, varierend van 1
    tot 255 en een slot varierend van 1 tot 32.
    De tweede regel specificeert de naam van het batchbestand
    dat gestart moet worden als de service aangevraagd wordt.

    Het JOIN.BAT bestand minstens de volgende regel bevatten:

    DCM -j%4 %3

    Het DISJOIN.BAT bestand moet minstens de volgende regel
    bevatten:

    DCM -d%4 %3

    En dat is alles wat er gedaan moet worden.


    Normaal gezien zal DCM een node aan de deelnemerslijst
    toevoegen of eruit verwijderen, maar als een extensie
    bestand gebruikt wordt middels de '@' optie, dan zal alles
    iets anders werken. Zie ook: Dutchie Conferentie Bestand.
    De JOIN functie zal gewoon doen wat logisch is, namelijk de
    node in de deelnemerslijst opnemen en NIET in het
    extensiebestand.
    Disjoin zal echter de node uit het extensiebestand
    verwijderen. De reden voor dit verschil is, dat als de SysOp
    eenzelfde extensiebestand gebruikt voor meerdere
    conferenties, dat bij een Join een node niet direct aan 10
    andere conferenties wordt gekoppeld.

    Tijdens het verwerken van een Join aanvraag, zoekt DCM naar
    een tekstbestand INFO.TXT in de directory waar ook de
    berichten van de betreffende conferentie staan. Dit bestand
    wordt in het installatie bericht meegestuurd naar de
    aanvrager. In versie 2.91c wordt dit informatie bestand, dat
    de inhoud en regels met betrekking tot een conferentie
    uiteenzet, nog niet ondersteund door de Editor. In het geval
    van PASSTHRU conferenties wordt dit informatie bestand in de
    Dutchie directory als volgt opgenomen:

    INFO<conferentie ID#>.TXT

    Stel dat u een conferentie heeft die WindMill heet, dan zou
    het informatie bestand heten:

    INFO9D4E.TXT

    De '9D4E' is het Identificatie Nummer van de WindMill
    conferentie. Het ID nummer van de conferentie wordt altijd
    getoond in de rapport functie. Zie voor meer informatie over
    de rapport functie de -R optie.

    Zodra DCM op het systeem van de aanvrager het installatie
    bericht ontvangt, wordt de conferentie geinstalleerd en een
    middels een bericht wordt de eigenaar van dat systeem op de
    hoogte gesteld van de installatie. Als de conferentie al
    bestaat en het systeem ontvangt toch zo'n bericht, dan wordt
    slechts het informatie bestand bijgewerkt en wordt hierover
    melding gemaakt middels een prive bericht aan de eigenaar
    van het systeem.


7.3. Join Controle

    Het doel van het volgende conferentie bestand commando is
    het bieden van volledige controle over het Join proces voor
    de aanbieder van deze service. Het formaat is:

    -Join [Crash|Hold] [Split]

    Naast de beveiligingsniveaus en sloten moet ook de manier
    van verzending van nieuwe conferentie post voor nieuwe
    deelnemers aan een conferentie, geregeld worden.
    Als u nieuw aangevraagde conferenties niet wilt gaan
    bezorgen bij de deelnemers, gebruikt u:

    -Join Hold

    Als node 11/0, voorlopig nog een onbekende voor uw systeem,
    een Join aanvraag doet, dan zal DCM zijn karakteristieken
    als volgt invullen:

    -Char 2:11/0 Hold Squash

    Het default compressie type Squash in dit voorbeeld, wordt
    uit de COMPRESS variabele gehaald en als die niet
    gedefinieerd is, dan wordt Crush als default gebruikt.


7.4. Aanvrager

    Zowel Join als Disjoin creeren resultaat bestanden. Deze
    bestanden heten JOIN.nnn en DISJOIN.nnn waar nnn een
    willekeurig getal is, zodat meerdere aanvragen in een keer
    kunnen worden gedaan. Beide bestanden bevatten informatie
    over de aanvraag en of deze succesvol of niet geweest is,
    met in het laatste geval nog een reden.
    Na een succesvolle Join zal DCM op het systeem waar de
    aanvraag plaats vond een e-post bericht aanmaken voor de
    aanvrager. Als de aanvrager ook DCM draait, dan zal de
    aangevraagde conferentie automatisch geinstalleerd worden.

    Om de installatie van nieuwe conferenties automatisch naar
    wens te kunnen aanpassen, kunt u de default in uw
    conferentie bestand instellen waarmee nieuwe conferenties
    bij installatie moeten worden uitgerust. Het formaat is:

    -Default <directory|PASSTHRU> <vlaggen>

    Met de directory geeft u aan waar uw nieuwe conferenties
    geinstalleerd moeten worden. Zodoende kunt u ook een andere
    drive opgven. De vlaggen zijn dezelfde vlaggen als
    beschreven in het hoofdstuk: Installatie, onderdeel:
    conferentie bestand.
    Voorbeeld:

    -Default d:\msgs\ EKMR

    Als u nu een Join aanvraag heeft gedaan naar conferentie
    DUTCH-NL, wordt de conferentie geinstalleerd in dircetory:
    D:\MSGS\SYS500.000 met de vlaggen EKMR.

8. C O M M A N D O R E G E L   O P T I E S
───────────────────────────────────────────────────────────────────

8.1. Kommentaar

    U kunt DCM verschillende commandoregel opties meegeven.
    Opties zonder parameter mogen gestapeld worden. Dit wil
    zeggen dat een -a en een -c switch gecombineerd mogen worden
    tot -ac of -ca. De opties worden beschreven in alfabetische
    volgorde. Merk wel op er een verschil is tussen hoofd- en
    kleineletters


8.2. Opties

-a          Als deze optie wordt gebruikt dan worden er geen ^a
            tekens voor de AREA en SEEN-BY regels gezet. Deze
            optie is alleen voor backward compatibiliteit. Als
            de andere kant DCM of ConfMail gebruikt hoeft u deze
            optie helemaal niet te gebruiken.

-A<bestand> Geef DCM opdracht om <bestand> als conferentie
            bestand te gebruiken, in plaats van de default
            DUTCHIE.ARE.

-b          Zie het hoofdstuk: Overzicht Genereren voor een
            gedetaileerde beschrijving.

-B          Zie het hoofdstuk: Fido Ondersteuning voor een
            gedetailleerde beschrijving.

-c          Maak Expres berichten om de uitgaande conferentie
            archieven te verzenden.

-C<bestand> Geef DCM opdracht om <bestand> als configuratie
            bestand te gebruiken, in plaats van de default
            DUTCHIE.CFG.

-d          Zie het hoofdstuk: Join en Disjoin voor een
            gedetaileerde beschrijving.

-e          Exporteer lokaal ingevoerde conferentie berichten.
            Zie ook het hoofdstuk: Export en de Force re-export
            optie -F

-f          Toon mogelijk ingekomen conferentie archieven.

-F          Zie het hoofdstuk: Export, onderdeel: Force re-export

-h          Houd de uitgaande conferentie archieven vast om
            opgehaald te worden.

-i          Importeer ingekomen conferentie archieven. Zie ook
            het hoofdstuk: Import.

-j          Zie het hoofdstuk: Join en Disjoin voor een
            gedetailleerde beschrijving.

-l          Zet logging uit. Deze optie doet de instelling in uw
            configuratie bestand te niet.

-m<vlaggen> Hernummer het e-post gebied. Zie ook het hoofdstuk:
            Hernummeren voor meer informatie.

-M          Geef DCM opdracht om het e-post gebied door te lopen
            voor mogelijk aanwezige conferentie berichten.

-n          Als deze optie gebruikt wordt in combinatie met de
            -i optie, worden de namen van alle conferenties
            waarin nieuwe berichten zijn geimporteerd in het
            bestand IMPORTED.ARE gezet. Zie ook de -N optie.

-N<bestand> Met behulp van deze optie kunt u de naam van het
            bestand waarin de namen van geimporteerde
            conferenties komen, veranderen in <bestand>.

-o          Deze optie dient alleen, en alleen dan, gebruikt te
            worden als de Boss van een point ConfMail gebruikt
            of elke andere conferentie manager die het point
            concept niet heeft geimplementeerd.

-O<n>       Deze optie zal maar weinig gebruikt worden. De <n>
            geeft het aantal AKA adressen weer die DCM in de
            SEEN-BY regels zou moeten opnemen

-p          Zie hoofdstuk: Export, onderdeel: prive antwoorden
            voor een gedetailleerde beschrijving.

-q          Geef DCM opdracht om niets op het scherm te zetten.

-r          Hernummer alle conferenties in uw conferentie
            bestand. Zie ook het hoofdstuk: Hernummeren.

-R<n>       DCM bezit een krachtige rapport generator. De enige
            parameter is het aantal dagen waarop het rapport
            gebaseerd moet worden. Bijvoorbeeld:

            DCM -R7

            zal een rapport genereren van alle conferenties en
            het gemiddeld aantal berichten dat verwerkt is
            gedurende de import en export cycli. Tevens wordt de
            creatiedatum en ID nummer van de conferentie
            getoond.

-s          Werk in beveiligde modus. Als deze optie wordt
            gebruikt, worden alleen berichten van nodes in de
            deelnemerslijst verwerkt. Berichten die hier niet
            voor in aanmerking komen worden in uw e-post gebied
            gezet. Als u tenslotte toch besluit om de afzender
            in uw deelnemerslijst op te nemen, dan kunnen deze
            berichten alsnog geimporteerd worden middels de -M
            optie. Zie het hoofdstuk: Import voor nog meer
            informatie.

-S<parms>   Zie het hoofdstuk: Export, onderdeel: HighWater
            wijzer uitgelegd, voor meer informatie.

-t          Toon mogelijk uitgaande conferentie archieven.

-T          Laat DCM kleine seen-by regels genereren. Slechts
            nodes waar het systeem direct contact mee heeft
            worden in de seen-by regels opgenomen. Let op deze
            optie kan een oplossing voor een probleem betekenen
            maar kan ook voor een probleem zorgen. Het gebruik
            van kleine seen-by regels brengt de grootte van het
            conferentie bericht terug naar het minimum, maar kan
            bij een aantal verkeerd gelegde contacten voor een
            heleboel duplikaten zorgen.

-u          Hiermee is het mogelijk ingekomen e-post pakketten
            met behulp van een enkel commando uit te pakken. DCM
            zal alleen e-post pakketten uitpakken. Mochten er
            tussen deze pakketten nu ook conferentie pakketten
            zitten, dan worden deze berichten wel uitgepakt en
            doorgestuurd indien uw conferentie bestand hiertoe
            aanleiding geeft, maar de pakketten worden nog niet
            daadwerkelijk verzendingsklaar gemaakt.

-U          Als DCM berichten tegenkomt die in een conferentie
            horen die DCM niet kent, dan worden deze berichten
            bij default in uw e-post gebied gezet, zodat u ze
            eventueel in een later stadium nog kunt importeren.
            Door gebruik te maken van deze optie geeft u DCM
            opdracht om zulke berichten als BAD te bestempelen,
            waardoor u ze later ook niet meer kunt importeren.

-v          Bij default worden berichten die gericht zijn aan
            nodes in een andere zone via de zonegate gestuurd.
            Mocht dit niet gewenst zijn, dan kunt u de -v optie
            gebruiken.

-x          Vertaal antwoordenreeksen. Zie het hoofdstuk:
            Antwoordenreeksen voor een gedetailleerde uitleg.

-X<bestand> Deze optie stelt u in staat een antwoordenreeks
            vertaling uit te voeren op de conferenties wiens
            namen in het <bestand> staan. De namen in het
            bestand dienen gescheiden te worden door een
            carriage-return/linefeed combinatie.

    9. B A D  B E R I C H T E N
───────────────────────────────────────────────────────────────────

9.1. Wat is BAD?

    Berichten worden als BAD gezien onder de volgende
    omstandigheden:

    - Bericht heeft geen originline
    - Beveiligingsovertreding
    - Bericht is duplikaat
    - PATH fout ontdekt


9.2. Beveiligingsovertreding

    We spreken van een beveiligingsovertreding als DCM een
    bericht tegenkomt van een node die NIET vermeld staat in de
    deelnemerslijst van de desbetreffende conferentie. Als u de
    beveiligingscontrole uitschakelt, worden dit soort bericht
    NIET als BAD behandeld.


9.3. PATH fout

    Een PATH fout is het resultaat van een geavanceerde fout
    controle die DCM bezit. Als DCM een bericht tegenkomt van
    een node met een PATH regel die al ons primary nodenummer
    bevat, dan zal het logbestand de fout als volgt weergeven:

    Path Fout: wij->500/1 en 500/1->ons

    Dit betekent dat wij de conferentie doorgestuurd hebben naar
    500/1, maar 500/1 heeft het bericht direct weer
    teruggestuurd. Mogelijke incorrecte contacten gevonden in de
    SEEN-BY regels, worden wel vermeld in het logbestand, maar
    er wordt geen verdere actie ondernomen. Het primary adres
    houdt het gewone adres in, dus geen eventuele AKA's.


9.4. Duplikaten controle

    DCM doet een automatische duplikaten controle op elk bericht
    dat wordt geimporteerd of doorgestuurd. De relevante
    gegevens van alle berichten in uw berichten bestand wordt
    bijgehouden in een bestand dat 'DCMDUPS.DAT' heet dat wordt
    gecreeerd in de directory van waaruit DCM wordt opgestart.
    In tegenstelling tot ConfMail vangt DCM wel berichten af met
    alleen een datum of tijdsverandering.


  10. S P L I T  P A K K E T T E N
───────────────────────────────────────────────────────────────────

10.1. Doel

    Een geheel nieuwe aanpak op het gebied van conferentie
    uitwisseling. Bezie de volgende situatie: Een Boss met 50
    points die alle 50 aan 25 conferenties deelnemen. Dit
    betekent elke dag 50 uitgaande conferentie archieven met een
    totaal van enkele MEGAbytes aan berichten. De oorzaak van
    deze opeenhoping is dat elke point een copie krijgt van wat
    een andere point ook krijgt. De oplossing is dus heel
    simpel: creer 1 archief en stuur dat naar alle points.
    Zodoende hebben we maar een archief en 50 berichten. Op deze
    manier bespaart u megabytes aan diskruimte.


10.2. Installatie

    Zoals al genoemd in de beschrijving van de node
    karakteristieken in het onderdeel over het conferentie
    bestand, kunt u een Split karakteristiek aan een node geven.
    Hiermee geeft u aan dat voor deze bepaalde node Split
    Pakketten moeten worden aangemaakt. Bijvoorbeeld:

    -Char 500/39 Crush Split


10.3. Interne werking

    Wat gebeurt er nu met die split pakketten? Welnu, alle split
    pakketten worden in de directory gezet die gespecificeerd
    wordt in uw configuratie bestand met DIRECTORY ECHOMAIL. In
    tegenstelling tot vorige versies worden pakketten die door
    alle aangesloten nodes zijn ontvangen WEL verwijderd.


11. O V E R Z I C H T  G E N E R E R E N
───────────────────────────────────────────────────────────────────

11.1. Doel

    Deze optie is voornamelijk ingebouwd voor automatisch
    gebruik in volgende versies van Dutchie, maar is nu
    uitstekend te gebruiken in deze vorm. Het doel is een lijst
    te creeren met daarin de namen van de conferenties die voor
    u open staan. De gedachte hierachter is, dat Points een
    service aanvraag bij hun Boss kunnen doen voor .AREAS. Hij
    stuurt op zijn beurt een lijst met conferenties, waaruit de
    Point een keuze kan doen en zichzelf automatisch kan laten
    aankoppelen.


11.2 Installatie

    Het systeem dat deze service wil bieden hoeft met ingang van
    Dutchie 2.91c slechts een bestand DUTCHIE.SRV aan te maken,
    indien ook als configuratie bestand DUTCHIE.CFG gebruikt
    wordt, en daarin deze service op te nemen.

    Als u nog geen services biedt dan moet u eerst een service
    bestand aanmaken, in het andere geval kunt u deze service
    gewoon aan het eind toevoegen. Het service bestand dient de
    volgende regels te bevatten:

    AREAS     [<niveau>] [<slot>]
    AREAS

    De eerste regel met AREAS erin geeft de naam van de service
    weer. In ons geval AREAS. De service mag optioneel nog
    gevolgd worden door een niveau, varierend van 1 tot 255, en
    een slot, varierend van 1 tot 32.
    De tweede regel specificeert de naam van het batchbestand
    dat gestart moet worden als deze service aangevraagd wordt.

    Het AREAS.BAT bestand moet in ieder geval de volgende regel
    bevatten:

    DCM -b %3

    Het overzicht zal geschreven worden naar een bestand dat
    heet AREAS.REP, met het volgende formaat:

    <conferentie naam> [<*>]<conferentie beschrijving>

    De optionele ster betekent dat u nog niet deelneemt aan deze
    conferentie.


12. F I D O  O N D E R S T E U N I N G
───────────────────────────────────────────────────────────────────

12.1. Doel

    Het hoofddoel van het Dutchie ontwikkelteam is integratie en
    de intergratie van de Personal Mailer(tm) met een Bulletin
    Board Systeem is een duidelijke stap. Wij kozen voor Fido.
    Fido is zowel gebruikers- als sysopvriendelijk, is makkelijk
    te onderhouden en is in 15 minuten geinstalleerd, klaar om
    on-line gezet te worden.


12.2. Installatie

    Om DCM duidelijk te maken waar Fido zijn CALLER.SYS en
    FIDO.SYS bestanden bewaart, moet u de globale variabele
    'FIDO' invullen. U heeft bijvoorbeeld Fido op drive D in een
    Fido directory staan. Dan moet u het volgende in uw
    AUTOEXEC.BAT bestand opnemen:

    SET FIDO=d:\Fido

    Als deze variabele niet gedefinieerd is, dan zal DCM in de
    huidige directory, de directory van waaruit DCM is
    opgestart, zoeken naar de Fido bestanden.

    Het volgende dat gedaan moet worden, is het aanpassen van
    het Fido bestand AREAS.INI. U moet elk berichten gebied een
    naam geven met behulp van de N= parameter. Bijvoorbeeld:

    msgarea=d:\msgs\enet    N=ENET.SYSOP D="Europese SysOp's"
    msgarea=d:\msgs\e-post  N=E-MAIL     D="E-Post berichten"

    Het laatste voorbeeld heeft een speciale, gereserveerde naam
    om het e-post gebied te onderscheiden van andere gebieden.
    De naam 'E-MAIL' mag alleen gebruikt worden voor het e-post
    berichten gebied.
    De namen van de berichten gebieden in het AREAS.INI bestand
    moeten uiteraard overeenkomen met de namen zoals die in het
    Dutchie conferentie bestand vermeld staan. Als u ook
    berichten gebieden heeft die geen conferentie zijn, dan
    raden we u aan deze gebieden een naam te geven in kleine
    letters. Daar conferentie gebieden altijd hoofdletters
    hebben, vergroot dit de overzichtelijkheid.


12.3. Gebruik

    De commandoregel optie om DCM in Fido ondersteuningsmodus te
    zetten is -B. Deze optie heeft alleen invloed op de export-
    en hernummer commando's. Als u bijvoorbeeld uw complete
    berichten bestand wilt hernummeren en tegelijk ook de
    lastread wijzers van de Fido gebruikers wilt bijwerken, dan
    typt u:

    DCM -rB

    Als u berichten wilt exporteren die ingevoerd zijn in uw
    Fido Bulletin Board Systeem, dan hoeft u alleen in te typen:

    DCM -eB

    Zoals u ziet, hoeft alleen maar de B aan het export of
    hernummer commando toegevoegd te worden.
    De volgorde van de -e en -B of de -r en -B is niet van
    belang, maar als u het e-post gebied separaat wilt
    hernummeren, dan is alleen de volgende volgorde correct:

    DCM -BmR



13. T E C H N I S C H E  G E G E V E N S
───────────────────────────────────────────────────────────────────

    De volgende technische gegevens zijn slechts voor software
    ontwikkelaars bedoeld en hebben alleen betrekking op
    conferentie berichten.


13.1. Origin- en Tearline

    Alle conferentie berichten moeten op zijn minst een Tearline
    en een Originline hebben. De tearline is een scheurregel,
    hij scheidt het bericht van de technische informatie die DCM
    nodig heeft om het bericht te kunnen verwerken. De
    scheurregel ziet er als volgt uit:

    --- Dutchie 2.91c

    De Originline is de oorsprongregel en geeft informatie over
    het systeem waar het bericht oorspronkelijk vandaan komt.
    Een oorsprongregel kan er als volgt uit zien:

    * Origin: Dutchie's Home Base (2:500/1)

    De scheurregel en de oorsprongregel komen altijd in deze
    volgorde direct achter elkaar in het bericht voor.


13.2. SEEN-BY en PATH regels

    De SEEN-BY en PATH regels zijn de eigenlijke informatie
    regels waar het om gaat.
    De SEEN-BY regel is een regel die laat zien welke nodes het
    bericht allemaal al gezien hebben.
    De PATH regel laat de nodes zien die het bericht verwerkt
    hebben. Met verwerken bedoelen we dan het importeren en
    doorsturen naar andere systemen.
    Samengevat komt dat erop neer dat systemen die conferentie
    archieven van hun Boss of Host krijgen en het niet
    doorsturen WEL in de SEEN-BY regel voorkomen, maar niet in
    de PATH regel. Als een systeem het bericht verder verwerkt
    en doorstuurt, dan komt dit systeem wel in de PATH regel te
    staan.

13.3. DCM Fout Codes

    Om volledige controle te krijgen over de batch bestanden van
    waaruit DCM opgestart zou kunnen worden, zet DCM het DOS
    ERRORLEVEL op de volgende waarden na beeindiging:

    DOS ErrorLevel             Betekenis

         0                     Alles is goed gegaan, geen fouten
         1                     CrC fout tijdens het uitpakken
                               van ingekomen conferentie
                               archieven.
         2                     Geheugen is vol
         3                     (Gereserveerd voor toekomstig
                               gebruik)
         4                     Probleem om toegang tot een
                               bestand te krijgen
         5                     Bestand lees/schrijf fout
                               opgetreden.
         6                     Geen ernstige fout, maar DCM kon
                               niet verder.
         7                     Onherstelbare disk lees/schrijf
                               fout.
         255                   Fatale systeem fout